Mijn zoon van bijna 10 is onlangs met spoed opgenomen in het ziekenhuis. Diagnose: diabetes mellitus. Geen goed nieuws. Maar we hebben van de nood een deugd gemaakt.
Na een paar kritieke dagen en een dikke week in het ziekenhuis, mocht mijn zoon gelukkig weer naar huis. Mét een insulinepomp en een vast voedingsschema voor de koolhydraten die hij per maaltijd mag hebben. Voor elke koolhydraat die erin gaat, moet er via het pompje ook extra insuline bij. Sindsdien ben ik dus in de weer met calculator en weegschaal om zijn maaltijden en tussendoortjes afgepast aan te bieden.
Zeker in het begin, als insuline nog goed ingeregeld moet worden, is dit erg belangrijk.
In plaats van chocopasta eet mijn zoon nu boterhammen met ham of kaas, als tussendoortje krijgt hij een appel in plaats van snoep en ’s avonds eet hij nu ieder dag een stukje vlees, gekookte aardappel en boontjes, worteltjes of andere groente. Hij vindt het nog lekker ook. De incidentele ‘makkelijke maandagen’ met pizza, patat of pannenkoeken behoren tot het verleden, omdat de werking van die koolhydraten veel moeilijker in te schatten is dan die van duidelijk afgemeten porties aardappels en groente.
Het vergt enige aanpassing en heeft ook invloed op het eetpatroon van de rest van het gezin. Maar juist dat blijkt een groot voordeel. Ik sta iedere dag gezond en vers te koken, koop kilo`s appels en ander fruit en het hele gezin doet automatisch mee. We eten nu allemaal afgepast en gezond. Ik doe bewuster boodschappen in standaardhoeveelheden, waardoor ik zelden te veel eten koop, er altijd precies voldoende op tafel staat en er dus geen restjes voedsel meer in de vuilnisbak verdwijnen.
Natuurlijk wil je dat je kind ‘gewoon’ gezond is. Maar in dit geval hebben we van een probleem (diabetes) een mogelijkheid (met het hele gezin gezond eten) weten te maken. En dat bevalt goed, dat dan weer wel.
Renée
3 januari 2012